Deventer geldt als een voorbeeld van een gemeente die al werkt volgens de principes van de Omgevingswet. Dat is al in gang gezet met de structuurvisie Stadsassenzone en heeft verder vorm gekregen in onze Omgevingsvisie en het  bestemmingsplan Deventer, stad en dorpen. De Omgevingswet vergroot het werkdomein met aspecten als gezondheid en duurzaamheid. Bovenal vraagt de wet straks een heel andere manier van werken: van toetsen naar meedenken om uiteindelijk het goede verhaal achter een initiatief te kunnen vertellen waardoor het tot realisatie kan komen.

We zetten deze lijn met overtuiging door! Dat doen we onder andere door samen met onze partners uitvoeringskaders te formuleren: een bandbreedte waarbinnen een project verder ontworpen kan worden. We zijn zichtbaar en actief, en maken daarover afspraken met elkaar. In ruil daarvoor zetten we het instrument van de Grondexploitatiewet in, zodat onze kosten in redelijkheid worden vergoed. De gemeente blijft echter verantwoordelijk voor de afweging of een project tot stand kan komen. Als lagere overheid hebben we de taak om naast de specifieke (individuele) ook de algemene belangen mee te wegen. 2022 wordt een cruciaal jaar voor de ontwikkelingen van het Rotokwartier, de Topicuscarré, de kop van de Handelskade, Senzora etc.  Prachtige locaties die het Deventer profiel kunnen bevestigen en een enorme impuls kunnen geven aan het woon-, werk-, leef-, leer- en vrijetijdsklimaat in Deventer.

Op deze manier proberen we de kansen die onze binnenstad, onze bedrijventerreinen, de kernen en het buitengebied bieden volop te benutten. Deze belangrijke dragers voor Deventer hebben ieder hun eigen specifieke kwaliteiten en zijn belangrijke (economische) motoren. Vanuit die kansen denken we, maar we bewaken en versterken ook de grote bestaande kwaliteiten waarin Deventer zich nu al onderscheidt. Dit geldt nadrukkelijk ook voor ons landelijk gebied. Niet alleen fysiek (landschap, cultuurhistorie), maar ook naar de kwaliteit van onze inwoners. Initiatief, durf en ondernemen zit in onze aard. Het landelijk gebied gaat nog meer een cruciale rol spelen in de toekomstige ontwikkelingen. De druk is enorm hoog vanuit opgaven als natuur, water, energie (wind, zon), recreatie, woningbouw en niet in het minst door de druk op de grond vanuit de agrarische sector zelf. Dit vraagt ook vanuit de gemeente een nadrukkelijke visie op de ontwikkelingsmogelijkheden in het landelijk gebied. Uiteraard binnen de kaders vanuit hogere overheden.

Er zijn in de afgelopen jaren flinke stappen gezet in de richting van de ontwikkeling van een stadscampus, De Kien. Dat werken we verder uit, vanuit de ontwikkelvisie voor dit gebied, in samenwerking met alle private partijen in het gebied. Onderzocht wordt op welke manier de Nieuwe Keizer daarbinnen een rol kan vervullen, als mogelijke katalysator voor alle partijen in de gemeente. Dat kan een mooie bijdrage leveren aan de invulling van onze ambitie om vooral ook jonge mensen aan Deventer te binden. Van een andere orde, maar daarom niet minder belangrijk is de ambitie om in De Kien een nieuwe parkeervoorziening voor Deventer te ontwikkelen. We zijn nu al volop aan de slag met nieuwe bereikbaarheidsconcepten, vooral uit duurzaamheids- en gezondheidsoverwegingen. We schenken bovendien aandacht aan de wegenstructuur in Deventer, mede ook in relatie tot de toekomstige woningbouwontwikkelingen.

Deventer staat voor een majeure opgave om de komende jaren veel woningen toe te voegen aan de bestaande voorraad. De druk op de woningmarkt is immens. Deventer ziet daarbij voor zichzelf kansen en heeft dat vertaald in de ambitie om te onderzoeken of we tot 2035 11.000 woningen kunnen bouwen. De Raad heeft daarbij aangegeven dat dit niet ten koste van de kwaliteit, in de brede zin van het woord, mag gaan. Dat is geen sinecure en vraagt enorm veel inzet van ons apparaat en van de samenleving. Naast het bouwen voor een wooncarrière voor onze eigen inwoners, probeert Deventer (jonge) mensen van buiten Deventer te verleiden om naar Deventer te komen.  Vraagstukken als leefbaarheid van wijken en buurten, ongedeelde stad, de grote verduurzamingsopgave in bestaande woningvoorraad, de vraag naar huisvesting voor studenten en ouderen (levensloopbestendige woningen) moeten daarbij een plek krijgen. Ook belangrijk is hoe alle mensen van A naar B kunnen reizen. Deventer pakt de handschoen op om dat op een zo duurzaam mogelijke manier te doen. Ons station wordt steeds belangrijker, de fiets krijgt een nog belangrijker plek en we werken aan de invoering van een nul-emissiezone.

Hierboven kwam de Omgevingswet al even aan de orde. Parallel aan de invoering van deze wet zal ook de Wet private kwaliteitsborging worden ingevoerd, waarbij de verantwoordelijkheid voor het bouwtoezicht deels gaat verschuiven naar de bouwer. Dat gaat een flinke verandering betekenen, ook voor de gemeente. De verhouding tussen vergunningverlening en toezicht komt er anders uit te zien. Ook voor de legesheffing zal dit gevolgen hebben. Het gesprek hierover gaan we dit jaar voeren.
Voor een toekomstbestendig landelijk gebied werken we samen met inwoners aan mooi initiatieven die de leefbaarheid op het platteland en in de dorpen versterken. Dat heeft er toe geleid dat er verschillende initiatieven tot stand zijn gekomen: initiatieven dan de dorpen, door de dorpen, met hulp van de gemeente. Mooie voorbeelden zijn het Noaberlookaal in Loo en het museum Averlo/Frieswijk. Deze werkwijze willen we voortzetten in overleg met alle betrokken dorpen.